Bisonsafari’s mogen weer
In de regio Kootwijk is de natuur adembenemend mooi. Het gebied is één van de oudste gebieden van Staatsbosbeheer. In een afgesloten gebied leeft een Veluwse kudde wisenten. Deze bedreigde diersoort is het grootste levende zoogdier op het Europese continent. Sinds dit voorjaar is de kudde uitgebreid met een enorme stier. Een krachtpatser die wel twee meter hoog kan worden en 1000 kilo zwaar.
Door het Coronavirus waren de excursies naar het wisentengebied uitgesteld. Nu de RIVM richtlijnen versoepeld zijn, kunnen de excursies weer van start gaan. Excursiebegeleider Jan Ritzer: ‘Uiteraard houden we ons aan de richtlijnen van het RIVM en gaan we met iets kleinere groepen het veld in, op zoek naar de wisenten (bison bonasus). Het is nooit zeker of we de kudde vinden, dat maakt het extra spannend. Zeker nu de grote stier bij de kudde is gevoegd. Bij de meeste excursies is het tot nu toe wel gelukt en iedere excursie is sowieso een BISONdere beleving, want de deelnemers leren veel over de wisent en de leefomgeving.
De excursies zijn een beleving
Het startpunt is bij de Berkenhorst in Kootwijk. Met een fiets van vakantiepark de Berkenhorst fietst de deelnemer naar het leefgebied. Daarna start een stevige wandeling van ongeveer 2,5 uur door dit schitterende natuurgebied op zoek naar de wisenten. Tijdens de excursie is de kans groot dat er ook ander wild gezien wordt zoals de veel voorkomende wilde zwijnen en edelherten. De deelnemers wordt geadviseerd om zelf iets te eten en te drinken mee te nemen. De excursies zijn via de website te reserveren: www.wisentopdeveluwe.nl.
Partners van Stichting Wisent op de Veluwe
Stichting Wisent op de Veluwe heeft partners, dit zijn Staatsbosbeheer en ARK natuurontwikkeling. De stichting is verantwoordelijk voor het realiseren van de komst van de wisenten, de communicatie en de begeleide excursies. ARK Natuurontwikkeling is kuddebeheerder en Staatsbosbeheer stelt het terrein bij Radio Kootwijk beschikbaar. Kijk voor meer informatie op www.wisentopdeveluwe.nl.
Foto: Yvonne Verhoef-Witz